Bert Bevers geportretteerd door Mart Franken
Over zijn poëzie:
*'Bert Bevers bezit in Prachtig beheersen en in Winterstilte de
persoonlijk-atmosferische kracht van de geboren dichter.'
Wim Zaal
*'Bert Bevers plaatst zich buiten het leven om er als toeschouwer, als
dichter aan deel te nemen, want volgens Wat weet de dichter? is dit de
enige manier waarop hij zich staande kan houden in de treurnis die hij ziet en
ervaart: de dichter weet de ingewanden warmer dan het leven / eromheen. weet te
worden, niet te zijn. Bert Bevers slaagt in zijn opzet te wórden. Zijn werk,
waarin vooral de functionele toonwisselingen leven aanbrengen, is er getuige
van.'
Govert Boterblom
*'Als een ontheemde verblijft Bert Bevers in
dit bestaan. Hij stelt zich telkens weer op als een kijker, iemand die waarneemt
en tegelijk ook zin geeft.'
Prof. Dr. Dirk De Geest
*'Een ware verrassing. Het treffende woord,
de zinsbouw die de lezer alert houdt, het dichten over het dichten, liefdespoëzie,
foto’s die de dichter inspireren. Het zijn constante elementen in het werk van
Bert Bevers, een kaleidoscopische wereld.'
Michel de Koning
*'Bevers kijkt om, zet de tijd stil, wil
bewaren, wil het moment tot eeuwigheid rekken. Steeds opnieuw weet hij te boeien
met treffende beelden die lang beklijven.'
Marijke van Hooff
*'De aanvankelijk zo vreemd overkomende
woordverplaatsing, die de argeloze lezer meteen van z’n vrijblijvendheid
berooft, maakt dat je Bert Bevers, om in de woorden van Stéphan Mallarmé te
spreken, een ‘syntaxiër’ kunt noemen, een zinsbouwkundige. Een zingende
zinsbouwkundige wel te verstaan. Inversies en ellipsen verrassen de lezer met
hun vertragingstechnieken, dwingen hem tot het zoeken van nog andere
betekenissen. Lange zinnen, soms een hele strofe lang, verbergen een schat aan
referenties.'
Albert Hagenaars
*'Ik vind Afglans een prachtige
dichtbundel. Vooral de 'soldatengedichten' hebben me ontroerd.'
Aleidis Dierick
*'Bevers is een dichter met een open
geest die zich niet blindstaart op het eigen ik maar deel uitmaakt van een
groter geheel waarin aandacht bestaat voor vele aspecten van het menselijk
bestaan. [....] Vele van zijn gedichten hebben dat intrigerende, voortvloeiend
uit een bepaalde manier van kijken of durven omgaan met een onderwerp, terwijl
er toch een afstand(elijkheid) blijft. De dichter als observator dringt zich
niet op, hij tast zijn onderwerp af en laat het bijna uit zichzelf de richting
aangeven waarin het gedicht zich zal ontwikkelen.'
Guy van Hoof
*'Afglans bevat niet
alleen het beste werk uit de bundels die in de periode 1972-1997 werden
gepubliceerd maar ook niet eerder verschenen verzen. Wat mij in het
indrukwekkende werk van Bevers vooral aanspreekt zijn de originele invalshoeken
en hoewel harde woorden vallen is mildheid nooit ver weg. Bevers bezit de gave
van de empathie en die geeft een meerwaarde aan de reeds aanwezige filosofische
doorleefdheid. Hij kan terugblikken zonder klef te worden, wars van vals
sentiment.'
François Vermeulen
*'Bert Bevers heeft de gave om te observeren
en woorden te vinden voor het bijna-onzegbare. Daarbij weet hij hoge kwaliteit
te koppelen aan maximale toegankelijkheid.'
Juryrapport Sakkoprijs voor Kunsten en Letteren (Bergen op Zoom 1999)
*'De gedichten van Bert Bevers zijn
afgebakend, overzichtelijk, afgewerkt; afgeronde gehelen. Al schrijft de dichter
melodieuze poëzie - niet toevallig is de man ook melomaan - inhoud prevaleert
boven vorm. Dit is gevoelspoëzie, of zoals Bart Plouvier - over zijn eigen poëzie
- ooit zei: ‘Poëzie voor lezers, niet voor critici.’ [....] Bevers’
gedichten zijn miniatuurtjes, geheeltjes vol minuscule details. Poëzie voor
lezers, al mag de lezer gerust een lekkere culturele bagage bezitten. Zijn
gedichten zijn in de loop van de jaren duidelijk geëvolueerd van wat Joris
Denoo ooit rietstengelpoëzie noemde tot hechte, breed waaierende, goed
gestructureerde composities.'
Frank Pollet
*'Fascinerende poëzie waarin ik blééf
lezen en terugbladeren. Een mooi oeuvre met vaak opvallend mooie slotregels.'
Frans Budé
Bert
Bevers schrijft in Wil & dank heldere, soepele poëzie bij foto’s van Inge
Taeymans. Hij neemt de themata voor wat ze zijn en laat dan zijn
voorstellingsvermogen de vrije loop. Zo krijgen we pareltjes als ‘In deze lade
liggen geurend naar lavendel / achter slot en grendel wil & dank: / met
kartelrandjes foto’s, zorgvuldig in / verbrost papier gevouwen plukjes
haar’. Bert Bevers slaagt er bovendien in om gevoelens van vervreemding en
ontheemding in zijn gedichten te lassen. Het intuïtieve, intimistische element
van zijn poëzie komt hierdoor des te beter naar voren.
Jan
Wyn